Vezels voor het algemeen welzijn

Onoplosbare vezels in volkoren voedingsmiddelen

In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, wordt u er niet dik van als u elke dag zetmeelrijke voeding eet. Integendeel ... op voorwaarde dat u kiest voor volkoren of half-volkoren zetmelen kiest die rijk zijn aan onoplosbare vezels.

Deze onoplosbare vezels, die bestaan uit lignine en cellulose, worden niet verteerd en zwellen op wanneer ze in contact komen met water, wat de darmtransit vergemakkelijkt (ballasteffect) en het verzadigingsgevoel vergroot. Ze hebben ook het vermogen om vet op te slaan, vandaar hun cholesterolverlagend effect.
De meeste vruchten en groenten bevatten zowel oplosbare als onoplosbare vezels.

Oplosbare vezels in veel voedingsmiddelen

Bovengronds groeiende vruchten en groente, knollen zoals aardappelen en wortels (wortelen, rode bieten, rapen, enz.), granen, peulvruchten en algen bevatten oplosbare vezels,

waaronder slijmstoffen, pectine en gom die gedeeltelijk worden verteerd. Wanneer ze door het spijsverteringsstelsel worden getransporteerd, veranderen oplosbare vezels bij contact met vloeistoffen in een zachte gel voor de darmen en reguleren ze de transit. Ze hebben bovendien een prebiotische werking en leveren een welkome voeding voor de bacteriën van de darmflora, waaronder lactobacillen en bifidobacteriën, die bijdragen aan de regeneratie en het herstel van het slijmvlies.

De voordelen van voedingsvezels

Oplosbare of onoplosbare vezels hebben grote invloed op de spijsvertering, de bloedsuikerspiegel, het verzadigingsgevoel en het koolhydraatmetabolisme.

Vermindering van de glykemische index van levensmiddelen

De meeste voedingsmiddelen bevatten koolhydraten. Tijdens de spijsvertering doen koolhydraten de bloedsuikerspiegel stijgen. Hoe eenvoudiger de koolhydraten (snelle koolhydraten genoemd), zoals witte suiker, hoe hoger de bloedsuikerpiek. Hoe hoger de bloedsuikerpiek, hoe meer en hoe sneller er insuline vrijkomt, maar de bloedsuikerspiegel daalt net zo snel. Deze reeks biologische reacties leidt tot reactieve hypoglykemie.

De glykemische index (GI) is een maat voor het effect van een levensmiddel op de bloedsuikerspiegel. Met andere woorden, het effect dat de voedingsstoffen in dat levensmiddel hebben op de insulineproductie.

Vezels verhogen de bloedsuikerspiegel slechts in zeer geringe mate. Daarom zal een voedingsmiddel dat suiker en vezels bevat een lagere glykemische index hebben dan een voedingsmiddel zonder vezels. Verschillende onderzoeken hebben melding gemaakt van de effecten ervan op het koolhydraatmetabolisme.

Regelt de darmtransit
Vezels absorberen 3 tot 25 maal hun eigen gewicht aan water. Daardoor vergroten zij het volume van de ontlasting en vergemakkelijken de passage ervan. Het resultaat is dat de darmtransit regelmatiger is.

De eetlust regelen
Een maaltijd met vezelrijke voeding geeft het gevoel dat u genoeg gegeten hebt, terwijl een vezelarme maaltijd misschien nooit eindigt... een verzadigd gevoel wordt moeilijker bereikt.